Hoe run je een hotel zonder voldoende stroom?

De beschikbaarheid van voldoende elektriciteit is een relatief nieuwe zorg voor hoteleigenaren. Niet zo lang geleden was het een kwestie van aansluiten, stroom afnemen en betalen. Het elektriciteitsnet zit echter vol. Netbeheerders moeten bij aanvragen voor nieuwe of grotere aansluitingen regelmatig simpelweg nee verkopen. Betekent dit dat de bouw of uitbreiding van een hotel niet meer mogelijk is? Dat geldt in elk geval niet voor hotelier Tony Chu. Hij heeft een oplossing gevonden voor zijn hotel, The Florian in Hoofddorp.

Vrijwel overal in Nederland is sprake van netcongestie vanwege de groeiende elektrificatie. We gebruiken meer elektriciteit voor auto’s, verwarming en industrie. Tegelijkertijd komt er lokaal steeds meer elektriciteit in het net via zonnepanelen en windparken. Netbeheerders investeren jaarlijks zo’n 5 miljard euro in de uitbreiding van het stroomnet. Dat is nog niet genoeg om de vraag naar elektriciteit de komende jaren bij te houden. Bedrijven komen op een wachtlijst en kunnen pas aangesloten worden als er weer ruimte is.

Door energiezuiniger te worden en flexibeler te zijn in het gebruik van het net, met minder druk op piekmomenten, kunnen bedrijven bijdragen aan het oplossen van de netcongestie. Hoe ziet dat er uit? Tony Chu, eigenaar van The Florian in Hoofddorp, laat het zien. Zijn hotel is gehuisvest in een voormalig kantoorgebouw uit de jaren ‘90 dat volledig werd gerenoveerd door Workshop of Wonders. Het gecontracteerd vermogen van het voormalige kantoor was verre van voldoende om het hotel te voorzien van de benodigde energie. Chu vroeg bij de netbeheerder een aanzienlijk grotere aansluiting aan, bijna het dubbele van wat het kantoorpand verbruikte. “We kregen ‘nee’ als antwoord, omdat er maar maximaal 137 kW geleverd kon worden. Dat was best schrikken. We hadden echt meer vermogen nodig om het hotel rendabel te kunnen exploiteren.”

Teruggrijpen naar fossiele alternatieven, zoals gasgestookte installaties of dieselaggregaten wilde de hoteleigenaar niet. “Vanaf de bouw tot en met de ontvangst van gasten staat duurzaamheid voorop.” The Florian heeft inmiddels het certificaat Green Key Zilver, het op een na hoogste niveau van dit internationale keurmerk voor duurzame bedrijven in de recreatie- en vrijetijdsbranche. Destijds was het vooral de vraag hoe hij aan voldoende vermogen kon komen. 

Via zijn installateur kwam Chu in contact met powermanagementbedrijf Eaton. Dat stelde voor om een lokaal energienetwerk te installeren, een zogeheten local grid. Binnen een dergelijk lokaal netwerk wordt zelf opgewekte duurzame energie opgeslagen en ingezet op momenten dat niet voldoende beschikbaar is via het reguliere netwerk. De zonnepanelen op het dak van het hotel en het accu-energieopslagsysteem in de kelder leveren in combinatie met de bestaande netaansluiting voldoende elektriciteit op, ook tijdens de momenten van piekgebruik. Want daar knelde het vooral: in de ochtendspits, als gasten douchen en föhnen en de keuken op volle toeren draait voor het ontbijt en in de avondspits, wanneer alle lampen en airco’s aanstaan, auto’s staan op te laden en de keuken in bedrijf is voor het diner. 

De oplossing van Eaton heet Buildings-as-a-Grid, het eigen gebouw als energiehub. Bij deze oplossing zorgt een energiemanagementsysteem (Building Energy Management Software) ervoor dat vermogen direct beschikbaar is op de plaatsen waar dat het meest nodig is. Energie uit batterijen wordt gebruikt tijdens de piektijden in de elektriciteitsvraag in het hotel (‘peak shaving’). Daardoor blijft het totale elektriciteitsgebruik op die momenten keurig binnen het contract met de netbeheerder. De Building Energy Management Software analyseert continu de trends in energiegebruik van het hotel en kan in de toekomst zelfs zaken als weersvoorspellingen meenemen. Daardoor kan de goedkopere en duurzamere energie van de zonnepanelen maximaal worden ingezet. Dat scheelt in kosten en houdt de CO2-voetafdruk van het hotel zo klein mogelijk. 

Voor The Florian bleek dit de ideale oplossing. Chu: “We blijven nu binnen de grenzen van onze netaansluiting. Als dat niet was gelukt, hadden we mogelijk moeten sluiten. Daarnaast helpt het systeem ons bij het onder controle houden van onze energiekosten en het beperken van onze CO2-uitstoot. Win-win-win dus!”