Ergonomie in kantoren is big business. In hoogte verstelbare bureaus, optimale zitstoelen en geveerde armsteunen die beeldschermen naar de ideale hoogte brengen; geen enkel potentieel ongemak voor kantoormedewerkers lijkt over het hoofd te worden gezien. Voor onderhoudsmonteurs gelden echter hele andere regels. Er is geen standaard concept voor een ergonomisch comfortabele werkomgeving voor deze vakmensen. Slecht verlichte elektriciteitskasten, ladders die tegen kabelgoten moeten worden geplaatst, het moeten uitvoeren van metingen in krappe schachten en kanalen zijn slechts enkele voorbeelden van het ongemak waarin en waarmee zij dagelijks werken. Dit betekent echter niet dat de tools die ze dagelijks gebruiken, geen enkele mate van extra gemak kunnen bieden. Stroommeting, een algemene analyse bij het bewaken van apparatuur of het lokaliseren van een storing, vormt vaak een uitdaging vanwege vastgezette kabelbomen en krappe werkomstandigheden.
Stroommetingen zijn een gebruikelijke functie van de meeste multimeters, maar normaal gesproken moet het circuit worden onderbroken om deze metingen te kunnen uitvoeren. De stroommeetfuncties zijn doorgaans beperkt tot een piek van 10 A en het type meting kan verder worden beperkt door de locatie in het elektrische systeem waarin de meting wordt uitgevoerd. Metingen met instrumenten die via een stekker op het net zijn aangesloten behoren bijvoorbeeld tot veiligheidscategorie CAT II, terwijl metingen aan vaste elektrische apparatuur zoals liftmotoren worden uitgevoerd in CAT III. Deze CAT-specificatie definieert de hoogste spanning die met de multimeter kan worden gemeten op basis van de hoogste transiënte spanning die kan optreden als gevolg van bijvoorbeeld een blikseminslag in een voedingskabel die de betreffende locatie van stroom voorziet.