Platform over installatietechniek, klimaatbeheersing en elektriciteit
BREEAM-NL:  Instrument voor de koplopers

BREEAM-NL: Instrument voor de koplopers

Gebouwen in Nederland zijn verantwoordelijk voor bijna 40% van de CO2-uitstoot. En in 2050 moet die gebouwde omgeving CO2-neutraal zijn. Werk aan de winkel dus. Kan BREEAM structureel bijdragen aan het reduceren van CO2-uitstoot?     

Onze kantoren, distributiecentra en huizen zijn dus jammer genoeg grote vervuilers. Binnen BREEAM stimuleren diverse credits energiebesparing en CO2-reductie, maar het is niet het antwoord op het grotere energievraagstuk waarmee Nederland aan de slag moet, aldus Paul van Bergen, voorzitter van het College van Deskundigen. “BREEAM is geen CO2-meetinstrument, maar het kan wel bijdragen aan het grotere geheel.”

Paul van Bergen, voorzitter van het College van Deskundigen.

 

“Uiteraard wordt er gekeken naar het thema energie binnen BREEAM in de vorm van de zogeheten Ene-credits. Maar het is slechts een klein onderdeel binnen de gehele methodiek”, aldus Van Bergen, die zijn tweede jaar als voorzitter ingaat. “Het hele energievraagstuk zal zowel de bouw- en vastgoedsector als BREEAM niet kunnen oplossen”, zegt hij stellig.

Krachtig instrument

Juist het algemeen meetbaar en toetsbaar maken van duurzaamheid op meerdere thema’s is volgens hem de kracht van het instrument en vormt de fundering van het tienjarig bestaan. “Alle thema’s binnen BREEAM samen, met dus ook het energievraagstuk daarin opgenomen, maakt het zo’n krachtig instrument. Het ontwikkelt zich continu en past zich aan naar de meest recente regelgeving en maatschappelijke ontwikkelingen.”

Meer smaken

Het nieuwe en unieke van BREEAM is er volgens Van Bergen nu ook wel van af. Een goede ontwikkeling, wat betekent dat er nu nieuwe stappen moeten worden gezet. Hij verwacht dan ook dat komende jaren meerdere thema’s zullen worden geïntegreerd binnen de bestaande methodiek. “Er zal een groeiende behoefte komen aan meer smaken en soorten BREEAM”, vervolgt hij. “Het is dan vooral belangrijk om thema’s evenredig meetbaar te krijgen. Misschien is het wel eens tijd voor een BREEAM-Energielabel. We moeten echt meer toe naar ‘meten is weten’.”

Het is mooi om te zien dat het gezondheidsaspect zowel binnen als buiten gebouwen meer aandacht krijgt.

 

Wegwuiven pijnlijke beslissingen

En daar schiet Nederland hem in het algemeen nog in tekort. “Iedereen weet van alles een beetje. Maar het hele energievraagstuk kunnen we met zijn allen eigenlijk nog niet behappen.” En dat baart hem zorgen. Vooral het wegwuiven van het nemen van pijnlijke beslissingen of de harde realiteit erkennen is hem een doorn in het oog. Als voorbeeld geeft hij de invloed van duurzame energieopwekking op de beperkte hoeveelheid beschikbare ruimte in Nederland. “We willen allemaal duurzame energie, maar zolang men voor de bouw van iedere windmolen naar de rechter kan, zullen we nooit kunnen doorpakken. Het energieneutraal maken van ons land is een ruimtelijk vraagstuk, waarvoor we nu nog te veel de ogen sluiten. En dat stemt mij weleens somber in aanloop naar 2050.”

Oog voor gezondheid

Gelukkig ziet hij binnen zijn vakgebied genoeg ontwikkelingen waar zijn hart sneller van gaat kloppen. “Het is mooi om te zien dat het gezondheidsaspect zowel binnen als buiten gebouwen meer aandacht krijgt. Voor mij als bouwfysicus is dat een goede ontwikkeling. Mensen willen weten welke materialen, welk nut vertegenwoordigen en hoe ze zijn samengesteld en of ze wel gezond zijn?” Ook merkt hij dat partijen zich graag als duurzame koploper willen profileren. Iets dat ook bittere noodzaak is. “Op de overheid moeten we niet willen wachten, die zullen nooit vooroplopen omdat ze met zoveel verschillende partijen rekening moeten houden. Het is goed dat bouwend Nederland dat beseft.” Hij benadrukt het nut van hoge ambities. Wil je het klimaat redden, dan moet je koploper worden. Daar kan BREEAM overigens goed bij helpen. Voor de koplopers van Nederland is dit hét instrument.”

Binnen het certificeringsysteem van DGBC heeft het College van Deskundigen (CvD) een formele, onafhankelijke rol ten opzichte van het bestuur en het bureau van de DGBC. Vanuit die rol is het de primaire taak van het CvD om de kwaliteit en het functioneren van de verschillende keurmerken te bewaken, daarop te sturen en daar zo nodig bestuur en projectbureau op aan te spreken. 


Over BREEAM-NL

BREEAM-NL is een beoordelingsmethode om de duurzaamheidprestatie van gebouwen te bepalen. De methode omvat vier verschillende keurmerken. Allereerst BREEAM-NL Nieuwbouw en Renovatie. Dit keurmerk is sinds september 2009 operationeel. Het wordt gebruikt om de duurzaamheidprestatie te bepalen van nieuwe gebouwen. Het tweede keurmerk is BREEAM-NL In-Use. Dit beoordeelt bestaande gebouwen op drie niveaus: Gebouw, Beheer en Gebruik. Dit is in de zomer van 2011 operationeel geworden. Het derde keurmerk BREEAM-NL Gebiedsontwikkeling beoordeelt de duurzaamheidprestatie van een gebiedsontwikkeling. Vanaf september 2011 is ook dit keurmerk operationeel. In 2013 lanceerde de DGBC het keurmerk BREEAM-NL Sloop en Demontage om de duurzaamheid van sloopprojecten te beoordelen. Gebouwen die niet in deze categorieën vallen, kunnen met een maatwerktraject worden beoordeeld: BREEAM-NL ‘Bespoke’.

Door certificering met BREEAM-NL krijg je inzicht in de werkelijke prestatie van jouw project op duurzaamheid. Hiermee kan je aan de markt tonen wat jouw prestatie is. Doordat BREEAM een internationaal erkend keurmerk is, wordt jouw prestatie erkend en door de markt op waarde beoordeeld. Na het verkrijgen van een BREEAM-NL certificaat kan jij de vraag beantwoorden: Hoe duurzaam is mijn project nu eigenlijk?

"*" geeft vereiste velden aan

Stuur ons een bericht

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.