De eisen die aan het Nederlandse drinkwater worden gesteld op het gebied van biologische én chemische veiligheid, zijn erg hoog. Bovendien zijn drinkwaterbedrijven verplicht om de kwaliteit van hun water door middel van regelmatige analyses te bewaken. Dit betekent echter niet dat het water dat uit onze tapwaterpunten komt, ook gegarandeerd schoon en veilig is. “Drinkwaterbedrijven zijn verantwoordelijk voor de waterkwaliteit tot aan de watermeter”, vertelt Mohaned Sousi van Normec AquaServa. “Daarna ligt deze verantwoordelijkheid bij de gebouwbeheerder, die moet zorgen voor (1) een deugdelijke installatie en (2) een zorgvuldige controle en beheer.”
Sousi heeft een bachelor in Civil/Water Engineering, een master in Water Supply Engineering en een PhD in Microbiology of Drinking Water. Sinds 2019 werkt hij als legionella-adviseur, projectcoördinator en technisch specialist bij Normec AquaServa. “Het drinkwater in onze gebouwen moet veilig en schoon geconsumeerd (gedronken) kunnen worden”, vertelt hij. “Bovendien is het belangrijk dat we veilig met dit water kunnen douchen, wassen en sproeien, zonder dat (legionella)bacteriën via de waternevel in onze luchtwegen terecht kunnen komen.”
Om dit mogelijk te maken, is het belangrijk dat de complete leidingwaterinstallatie voldoet aan de NEN 1006, vertelt Zakaria Alla, accountmanager/projectadviseur bij Normec AquaServa en het eerste aanspreekpunt voor relaties. “Deze NEN-norm heeft direct betrekking op installateurs én adviseurs en is met name bedoeld om de groei van (legionella)bacteriën te minimaliseren.” De specialisten van Normec AquaServa kunnen zowel in nieuwe als bestaande gebouwen de volledige leidingwaterinstallatie toetsen aan de normen. “Bijvoorbeeld in nieuwbouw-, renovatie-, transformatie- en uitbreidingsprojecten nemen wij graag de ontwerpcontrole en bouwbegeleiding uit handen zodat gebouwbeheerders én eindgebruikers verzekerd zijn van een (legionella)veilige installatie, waarin alle tappunten bij voorkeur doorstromend zijn aangesloten. Naar wens voeren wij bovendien preventieve inspecties, wateranalyses en geur- en smaaktesten uit.”
In de NEN 1006 staat o.a. dat een leidingwaterinstallatie kort nadat hij (weer) in gebruik wordt genomen, moet worden doorgespoeld met schoon drinkwater om loszittende vervuiling te verwijderen. Ook moet een maand na oplevering van de installatie een dossier met alle relevante informatie voor gebruik, beheer en onderhoud aanwezig zijn. Niet frequent gebruikte tappunten moeten minstens eens per week worden doorgespoeld om de kans op groei van micro-organismen te minimaliseren. “De leidingwaterinstallatie moet bovendien zodanig zijn uitgevoerd dat voldoende doorspoeling van álle leidingen wordt gewaarborgd”, aldus Sousi. “Dode leidingen en dode leidingeinden moeten dus worden verwijderd. Ook mag de temperatuur van het koud water niet hoger zijn dan 25°C (m.u.v. een korte overschrijding tijdens bijvoorbeeld een hittegolf).” Alla: “Om de groei van legionellabacteriën te beperken of voorkomen, geldt afhankelijk van het type locatie en type warmwatersysteem een NEN 1006-eis voor warm tapwater van 55 of 60°C. Om te controleren of deze temperatuur wordt gehaald, kunnen wij bijvoorbeeld sensoren plaatsen op strategische plekken in de installatie. Deze sensoren voeren constant controlemetingen uit en slaan de meetdata realtime op in ons beheersysteem. Hierdoor kunnen we, bij eventuele afwijkingen, direct passende acties nemen.”
Elke beheerder van een collectieve drinkwaterinstallatie (gebouweigenaar, adviseur of installateur) heeft in ons land de zorgplicht om, conform de Drinkwaterwet en het Drinkwaterbesluit, voor deugdelijk drinkwater op alle tappunten te zorgen. Bij zogenaamde prioritaire instellingen zoals ziekenhuizen, verzorgingscentra, hotels en zwembaden komt hier strikte legionellawetgeving bij. Deze locaties, waar veel mensen en/of mensen met een verminderde weerstand komen, zijn bijvoorbeeld verplicht om (1) een risicoanalyse op te stellen, (2) een beheersplan te maken, (3) een logboek bij te houden van alle uitgevoerde beheersmaatregelen en analyses, (4) periodiek watermonsters te nemen en (5) melding te maken van een eventuele legionella-normoverschrijding (>1.000 kve/l).
“Bij een normoverschrijding starten wij direct met een temperatuuranalyse. Ook bekijken we de logboeken m.b.t. de spoelingen en controleren we of het object of tappunt een historie van geconstateerde normoverschrijdingen heeft”, aldus Alla. “Naar aanleiding hiervan volgt een advies aan de opdrachtgever. Wanneer wij op basis van de verzamelde data niet met zekerheid kunnen aangeven wát de mogelijke oorzaak is, dan volgt een brononderzoek op locatie. Hierbij worden op strategische punten in de leidingwaterinstallatie watermonsters afgenomen, die vervolgens in ons eigen en modern uitgeruste laboratorium worden onderzocht op in ieder geval legionella. Ook voeren we een kiemgetalbepaling uit, omdat dit een goede indicatie is van de mate van groei van bacteriën in de installatie. Ook hieruit volgt een advies met kortstondige acties om de leidingwaterinstallatie zo snel mogelijk weer schoon en veilig te maken. In de meeste gevallen is een thermische desinfectie voldoende, maar het kan ook zijn dat een chemische desinfectie noodzakelijk is. Wij zijn volledig gecertificeerd om deze desinfecties uit te voeren.”
Sousi. “In ons advies wordt tevens een Plan van Aanpak opgenomen om de waterkwaliteit in het gebouw duurzaam te herstellen. Vaak zijn in dit geval technische aanpassingen in de installatie nodig, maar het kan ook zijn dat het beheer geïntensiveerd/verbeterd moet worden. In beide gevallen ondersteunen wij graag. Daarmee nemen wij een belangrijke zorg weg bij gebouweigenaren, installateurs, adviseurs én eindgebruikers.”